De Seethalerhütte op de Dachstein: een huis als een rots
De Seethalerhütte staat midden in het steile en rotsachtige landschap van het Dachsteinmassief in Oostenrijk. Het ontwerp stamt van het architectenduo Thomas Heil en Stephan Hoinkes. „Het is een hut om te schuilen, geen panoramarestaurant”, meent Thomas Heil, medeoprichter van dreiplus Architekten. De nieuwe Seethalerhütte op de Dachsteingletsjer bevindt zich midden in een beschermd natuurgebied en valt op door zijn slanke bouwconstructie en gevel die aan een rots doet denken. Het gaat „klein maar fijn op in het landschap”, beschrijft Stephan Hoinkes het object. De hut bestaat uit drie verdiepingen voor de gemeenschapsruimte, de slaapkamers en een opslagruimte en is het hele jaar in gebruik. In de zomer komen veel wandelaars van het nabijgelegen bergstation van de gletsjerkabelbaan, maar ook bergbeklimmers die het Dachsteinmassief verkennen. ‘s Winters is het wat rustiger en zoeken hier vooral liefhebbers van skitochten onderdak.
De visie van de twee architecten was het bouwen van „een schuilhut in de meest letterlijke betekenis van het woord”. Het gebouw is onopvallend, eenvoudig en heeft een formele uitstraling. „Het mocht geen indringer zijn”, benadrukt Heil. De afgeschuinde wanden en de PREFA dak- en gevelpanelen FX.12 in de kleur P.10 steengrijs dragen daartoe bij. Geheel ontworpen volgens het principe: vorm volgt functie. De zuidgevel bevindt zich precies daar waar de zonnepanelen het zonlicht optimaal opvangen. Het dak is een schuin aflopende rechthoek die het regenwater optimaal afvoert, zodat het kan worden opgevangen voor de watertanks. „Het is een symbiose tussen functie en inbedding in het landschap. De hut weerspiegelt de wanden van het Dachsteinmassief”, benadrukt Stephan Hoinkes.
De constructie is zo ontworpen dat er zo min mogelijk grondvlak in beslag wordt genomen. Het vlak waarop de Seethalerhütte staat, is exact bepaald door de bouwkundig ingenieur. „Ze is als een wip in een speeltuin”, vertelt Hoinkes. De prefabconstructie is gemaakt van massief hout. Dak en gevel moeten bestand zijn tegen windsnelheden van 160 km/h. De ramen lijken willekeurig te zijn geplaatst, maar binnen wordt het concept erachter duidelijk. Elk venster is perfect gepositioneerd. „De vensters zijn als schilderijen. Ze zijn als schilderijlijsten in de ruimte gerangschikt”, vertelt Thomas Heil.
Geen hut zonder helikopter
„Het gebouw klopt gewoon”, benadrukt Thomas Heil, en Stephan Hoinkes voegt toe: „We hadden er optisch helemaal naast kunnen zitten.” De proporties kunnen maar moeilijk worden geschat, omdat er geen andere huizen in de buurt liggen die als referentie kunnen dienen, alleen de berg. Een bijzondere uitdaging bij de bouw van het object was dat we een helikopter nodig hadden, vertellen de architecten. Bij een ontwerpwedstrijd is het Heil en Hoinkes gelukt om hun opdrachtgever, de Sektion Austria van de Alpenvereniging, van hun concept te overtuigen. Ontwerpwedstrijden voor gebouwen hoog in de Alpen zijn dun gezaaid. Toch is er in de afgelopen jaren ook in de bergen meer oog ontstaan voor architectuur, waardoor er steeds vaker voor deze weg wordt gekozen. De architecten van dreiplus Architekten vonden vooral het speciale karakter van een dergelijke hut in de bergen erg spannend. „Er wordt maar zelden op dit soort locaties gebouwd”, beschrijft Hoinkes de verantwoordelijkheid die deze opdracht met zich meebracht. Er dient zo weinig mogelijk in de natuur te worden ingegrepen en het beschikbare budget mag niet worden overschreden. „De architect is niet degene die de kosten opdrijft, zoals vaak nog ten onrechte wordt aangenomen. Hij helpt de opdrachtgever om de functie te realiseren”, onderstreept Hoinkes. Hij pleit voor een omslag in het denken over de rol van de architect en hoopt op een nieuwe bewustwording. Daaraan werkt hij samen met zijn collega.
Een perfect samenspel
Voor de realisatie van het object tekende het bedrijf Dachbau Grossi van Stefan Mittersteiner. De firma Grossi heeft 23 medewerkers en bouwt circa 150 objecten per jaar. De Seethalerhütte op de Dachstein was voor Stefan Mittersteiner een uitzonderlijk project. Belangrijk bij het bouwen op een berg is dat alle werkzaamheden perfect op elkaar zijn afgestemd en iedereen goed samenwerkt. De ruimte op het kleine plateau is beperkt en de voorschriften van de opdrachtgevers en de architecten zijn streng. Bovendien zijn de weersomstandigheden boven op de Dachsteingletsjer niet altijd even aantrekkelijk. „We moesten veel met elkaar bespreken en onvoorziene kwesties snel oplossen”, vertelt de vakman over de arbeidsomstandigheden. Twee tot vijf van zijn medewerkers hebben in de zomermaanden dagelijks aan het object gewerkt. „We hadden boven een kleine werkplaats ingericht”, zegt Mittersteiner. Het meeste werk werd echter in het dal uitgevoerd. Het materiaal dat klaar was werd met helikopters en met de kabelbaan naar boven gebracht. „De voorbereidingen vormden de grootste uitdaging”, benadrukt de ervaren vakman.